h

Schriftelijke vragen aanbesteding WMO

16 oktober 2006

Schriftelijke vragen aanbesteding WMO

In de Stentor van donderdag 12 oktober 2006 en vrijdag 13 oktober 2006 lazen wij dat er grote onrust heerst bij Icare en de medewerkers.
Dit omdat uw college heeft besloten Icare de thuiszorg niet te gunnen, met alle gevolgen van dien voor de medewerkers. Tevens lazen wij dat uw college heeft gekozen voor de verhouding 60% prijs en 40% kwaliteit, terwijl in de Raadswerkgroep WMO juist anders is toegezegd, namelijk 60% kwaliteit en 40% prijs. Dit om kwaliteit van zorg voor de cliënten te waarborgen. De SP is van mening dat de kwaliteit in de thuiszorg voorop moet staan. Het gaat om zorg aan een groep kwetsbare Zwollenaren. Dat mag wat betreft de SP geld kosten.

De medewerkers, die nu moeten afwachten of men een arbeidscontract krijgen aangeboden, zijn begrijpelijk zeer ongerust over hun toekomst. Komen zij wel weer aan het werk bij de andere zorgaanbieder? Zo ja, dan is de vraag voor hoelang. Als binnen een bepaalde periode een nieuwe aanbestedingsronde wordt gehouden is een aanstelling voor onbepaalde tijd niet van toepassing. Het gaat om 500 werknemers uit Zwolle. Werk vinden in de stad zal voor deze groep moeilijk zijn.

De verzorgingstehuizen Driezorg spreken ook hun verbazing uit, binnen de huizen werken immers zorgwerknemers gefinancierd door Icare. Men vreest een ontslagprocedure te moeten gaan inzetten.

Onze zorg gaat uit naar de cliënten, die nu moeten afwachten wie nu als hulpverlener bij hen komt aankloppen. Onder de cliënten heerst ook onrust. Diverse cliënten hebben contracten afgesloten voor meerdere jaren, tot bijvoorbeeld 2010. De contracten worden ontbonden en de nieuwe zorgaanbieder zal opnieuw moeten indiceren. Voor de cliënten is dit bijzonder onplezierig.

In het kader van artikel 44 van het reglement van orde voor de gemeenteraad willen wij namens de SP de volgende vragen stellen over de aanbesteding van de WMO.
1. Hoe hard is de toezegging tot overname personeel bij de nieuwe zorgaanbieders?
2. Wat zijn de consequenties voor de medewerkers als zij niet in dienst komen van de nieuwe zorgaanbieders, met name als het gaat om de opbouw van het pensioen? En is er een sociaal plan opgesteld?
3. Bent u het met onze verwachting eens dat de nieuwe contracten die worden aangeboden flex contracten zullen zijn, omdat na twee jaar weer een nieuwe aanbesteding volgt en dat dit geen zekerheid biedt voor de toekomst?
4. Hoe verklaart u dat er is gekozen voor 60% prijs en 40% kwaliteit terwijl in de Raadswerkgroep WMO 60% kwaliteit en 40% prijs is toegezegd?
5. De nieuwe zorgaanbieders zullen honderden cliënten opnieuw moeten gaan indiceren. Welke consequenties zal dit hebben voor de cliënten?
6. Kunt u ervoor instaan dat dezelfde zorg in kwantiteit en kwaliteit wordt geboden?

Wij verzoeken u om deze vragen z.s.m. te beantwoorden.
Met vriendelijke groet,

Namens de SP-fractie
Gert van Maurik


Mededelingen aan de Raad op 5 december 2006

Wij beantwoorden de vragen als volgt:
1. Wij hechten grote waarde aan het behoud van werkgelegenheid. Wij hebben daarom aan (nieuwe) zorgaanbieders de inspanningsverplichting opgelegd om het personeel van de huidige lokale zorgaanbieders over te nemen. De partijen die door ons voorlopig geselecteerd waren hebben bij hun inschrijving aangegeven dat zij zich zullen conformeren aan deze inspanningsverplichting. Alle partijen onderschreven hierbij het belang voor de cliënt, voor de huidige lokale zorgaanbieders en voor hun eigen organisatie. De voorzieningenrechter heeft in haar uitspraak aangegeven dat de gemeenten hierbij maximaal hebben ingezet op de overname van personeel. Wij hebben een bemiddelende rol opgepakt tussen de beoogde nieuwe partijen en Icare. Dit heeft ertoe geresulteerd dat Icare met één van de beoogde nieuwe partijen een afspraak heeft gemaakt over de overname van het personeel met behoud van de huidige arbeidsvoorwaarden. Op basis van deze afspraak heeft Icare tijdens de zitting haar vorderingen voor een transitieperiode laten vallen. De afspraken tussen Icare en de beoogde nieuwe aanbieders zijn gemaakt onder voorbehoud van de uitslag van het kort geding van Icare.
2. De voorzieningenrechter heeft in haar uitspraak aangegeven dat de gemeenten maximaal hebben ingezet op de overname van personeel. Wij hebben een bemiddelende rol opgepakt tussen de beoogde nieuwe partijen en Icare. Dit heeft ertoe geresulteerd dat Icare met één van de beoogde nieuwe partijen een afspraak heeft gemaakt over de overname van het personeel met behoud van de huidige arbeidsvoorwaarden. Op basis van deze afspraak heeft Icare tijdens de zitting haar vorderingen voor een transitieperiode laten vallen. De afspraken tussen Icare en de beoogde nieuwe aanbieders zijn gemaakt onder voorbehoud van de uitslag van het kort geding van Icare.
3. Zie onze beantwoording bij vraag 2. Hierbij zij opgemerkt dat het personeel met al hun bestaande arbeidsvoorwaarden zou worden overgenomen.
4. In de raadswerkgroep Wmo is gesproken over de voorgenomen aanbestedingen in het kader van de Wmo en de prijs/ kwaliteit verhoudingen die bij een Europese aanbesteding vooraf in het bestek moeten worden vastgelegd. Op het moment van bespreking was er geen besluit genomen over de prijs/ kwaliteitverhouding. Wij moeten constateren dat dit in de notulen van de raadswerkgroep onvoldoende tot uitdrukking komt. In de bespreking is gerefereerd aan de prijst/kwaliteitverhouding bij de aanbestedingen voor hulpmiddelen Wvg. Bij deze aanbestedingen wordt gekozen voor 60% kwaliteit en 40% prijs. Bij Wvg-hulpmiddelen is de kwaliteit van de aangeboden producten een duidelijk objectief te meten en onderscheidend criterium. Er kan bijvoorbeeld door de aanbieder van hulpmiddelen gekozen worden voor kwalitatief hoogwaardige materialen of technieken. De aanbesteding voor hulp bij het huishouden heeft een ander karakter omdat de geboden dienstverlening vrijwel volledig door menskracht wordt geleverd. Er is in gezamenlijkheid met de gemeenten Hattem en Hardenberg besloten om te kiezen voor de prijs/kwaliteit verhouding 60%/ 40% omdat bij deze aanbesteding de verwachting is dat de prijs het onderscheidend criterium tussen de verschillende aanbiedingen zal zijn. Deze prijs/kwaliteitverhouding is vastgelegd in het bestek.
5. De overgang van cliënten die op dit moment huishoudelijke verzorging op grond van de AWBZ hebben naar de Wmo per 1 januari 2007 is op grond van het overgangsrecht als volgt geregeld. Het indicatiebesluit huishoudelijke verzorging blijft tot uiterlijk 31 december 2007 geldig. Cliënten behouden daarmee tot uiterlijk 31 december 2007 het aantal uren en kwaliteitsniveau van de huishoudelijke verzorging die reeds voor hen geïndiceerd is. In 2007 zal de gemeente Zwolle alle overgangscliënten herindiceren, de gemeente voert de indicatiestelling zelf uit. Het indicatieprotocol is vrijwel gelijk aan het protocol onder de Awbz. Op basis van het raadsbesluit van 18 september 2006 is het indicatieprotocol alleen op een aantal punten verruimd. Na de herindicatie vallen de cliënten onder de regels van de Wmo-verordening van de gemeente Zwolle.
6. Ja, wij leggen de afspraken rondom te leveren kwaliteit en kwantiteit van hulp bij het huishouden vast in de raamovereenkomst die wij met de te contracteren partijen zullen afsluiten. Op basis van de uitspraak van de voorzieningenrechter zullen wij hiertoe in eerste instantie tijdelijke contracten afsluiten met de huidige aanbieders van hulp bij het huishouden.

Burgemeester en wethouders van Zwolle,
de burgemeester, H.J. Meijer
de secretaris, O. Dijkstra

Thuiszorg Zwolle weg bij Icare (de Stentor)

U bent hier