Schriftelijke vragen schuldhulpverlening
Schriftelijke vragen schuldhulpverlening
Uit een recent landelijk onderzoek van SGBO blijkt dat de helft van de mensen met schulden die voor hulp aankloppen bij de gemeenten, die hulp niet heeft gekregen. Ook is het aantal schuldhulp-verleningstrajecten dat succesvol is afgerond in Nederland de afgelopen jaren fors gedaald, van 50%
in 2003 naar 31% in 2006. Mensen met schulden zouden in een vroeger stadium bij hun gemeente moeten aankloppen en zo eerder in een schuldhulpverleningstraject moeten komen en niet als het al veel te laat is.
De fractie van de SP Zwolle vindt dit verontrustende cijfers. Steeds meer mensen kampen met problematische schulden en dat is ernstig, maar wanneer ze niet of slecht geholpen worden is dat minstens zo verontrustend.
De gemiddelde schuld van mensen is de laatste vier jaar toegenomen van 16.000 euro in 2001 naar 22.000 euro in 2005. Veel mensen komen zelf niet meer uit de schulden en doen een beroep op gemeentelijke schuldhulpverlening.
Tijdens het werkbezoek van de raad aan de afdeling schuldhulpverlening, werd duidelijk dat er wordt gekeken naar de aard van de schulden. Afhankelijk daarvan wordt gekeken op welke termijn iemand kan worden geholpen. Zo bleek dat mensen die van het water of de elektriciteit zijn afgesloten, voorrang krijgen op mensen met andere schulden. Dit vindt de SP een goede zaak, immers iedere burger van Zwolle heeft recht op de primaire levensbehoeften. Tevens bleek dat de afdeling schuldhulpverlening bijzonder veel aanvragen krijgt en mensen soms pas na twee maanden na aanmelding kan begeleiden/helpen.
In het kader van artikel 44 van het reglement van orde voor de gemeenteraad wil ik namens de SP de volgende vragen stellen over de Schuldhulpverlening.
1. Is de tendens van dit landelijk onderzoek ook zichtbaar in Zwolle? Zo ja, kunt u aangeven wat de redenen zijn dat minder trajecten succesvol kunnen worden afgesloten en hoeveel mensen niet de hulp hebben gekregen, die zij hadden moeten krijgen? En wat zijn de gevolgen voor de samenleving?
2. Wat betekent de toename van het aantal aanvragen voor de schuldhulpverlening voor de afdeling die zich bezighoudt met de verwerking van deze aanvragen (qua bezetting en caseload)? Op welke wijze anticipeert het college hierop?
3. Bent u bereidt om maatregelen te treffen om de aanvragen voor de schuldhulpverlening eerder te kunnen behandelen, zodat mensen niet twee maanden hoeven te wachten op een eerste begeleidingsgesprek? Zo ja, aan welke maatregelen denkt u? Zo nee, wat is de reden dat geen maatregelen wilt treffen?
Wij verzoeken u deze vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Met vriendelijke groet,
Namens de SP fractie,
Gert van Maurik
Bijlage
Schulden stijgen – schuldhulpverlening minder succesvol
De gemiddelde schuld van mensen die schuldhulpverlening krijgen, is in vier jaar met eenderde gestegen van 16.413 Euro tot 21.786 Euro (periode 2002-2005). Tegelijkertijd heeft de hulpverlening door gemeenten aan mensen met schulden minder succes. In 2003 werd nog de helft van de hulpverleningstrajecten succesvol afgesloten. Dit lukt in 2006 nog maar in 31% van de gevallen. Deze cijfers hebben betrekking op ongeveer 20% van de bevolking. De cijfers zijn afkomstig uit de benchmark Schuldhulpverlening van SGBO, het aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten gelieerde onderzoeks- en adviesbureau.
De uitkomsten van de benchmark onderstrepen de urgentie om te komen tot meer effectieve werkwijzen bij het aanpakken van problematische schulden. De doelgroep moet beter worden bereikt: nu wordt slechts maximaal 50% bereikt. Ook moet de schuldhulpverlening effectiever worden. Van de mensen die zich melden met problemen, wordt maar zo’n 20% daadwerkelijk succesvol geholpen. In 60% van de aanmeldingen komt er een overeenkomst voor schuldhulpverlening, slechts 31% van die trajecten slaagt.
Topje van de ijsberg
De onderzoekers van SGBO vrezen dat de cijfers uit de benchmark schuldhulpverlening nog maar het topje van de ijsberg zijn. De benchmark laat namelijk ook zien, dat 48% van de mensen die een beroep doen op de gemeenten géén schuldhulpverlening ontvangen. Dat komt voor een deel omdat ze niet in behandeling worden genomen of omdat ze zich terugtrekken, Voor een ander deel krijgen ze geen hulp omdat ze door de gemeente worden afgewezen.
Omgerekend naar de Nederlandse bevolking als geheel zou het gaan om ongeveer 80.000 aanmeldingen, waarvan er zo’n 43.000 leiden tot een intake en daadwerkelijke hulp. Recent onderzoek van het ministerie van SZW laat bovendien zien, dat er honderd- tot honderdzestigduizend mensen achterlopen met het betalen van hypotheek, gas, water en licht. Vermoedelijk bereikt de schuldhulpverlening dus niet veel meer dan een kwart van de mensen die met schulden worstelen.
Tegelijkertijd laat de benchmark schuldhulpverlening zien, dat de inzet van gemeenten uitgedrukt in fte per 10.000 inwoners gelijk blijft (2002 1,1 fte, 2005: 1,0 fte), terwijl die per 100 cliënten in de onderzoeksperiode is gedaald van 1,5 naar 1,1 fte.
Het aantal cliënten dat budgetbeheer ontvangt blijft ongeveer gelijk (40%), terwijl het percentage dat budgetbegeleiding krijgt, daalt (van 34 naar 20 procent).
De cijfers zijn afkomstig uit de benchmark Schuldhulpverlening van SGBO, het aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten gelieerde onderzoeks- en adviesbureau. Welke 7 mei j.l. werden gepresenteerd.
- Zie ook:
- Fractie